Arturo – EP3910

Let op, bij dit product dien je een RAL- kleur te kiezen. In de bijgevoegde PDF documenten vindt je zowel de uitgebreide lijst met alle beschikbare RAL-kleuren waarin de Arturo EP 3910 geleverd kan worden als ook de lijst met  kleurindicaties van de RAL-kleuren. LET OP: deze lijst dient als indicatie, baseer je keuze op een fysieke kleurenwaaier.

Dit product is ook zonder antislip te verkrijgen, namelijk de Arturo EP 3900.

Werkvoorbereiding

Eisen aan de ondergrond

• De monoliet betonvloer, klasse C20/25 of C28/35, dient aangebracht te worden volgens de geldende NEN 2743 en NEN 2747 en minimaal te voldoen aan vlakheidklasse 4.
• De cementgebonden dekvloer dient aangebracht te worden volgens de geldende NEN-norm 2741, 2742 en 2747 en minimaal te voldoen aan vlakheidklasse 3 en kwaliteitsklasse Cw16.
• De anhydriet gietvloer dient aangebracht te worden volgens de geldende CUR-107 aanbevelingen en NEN-norm 2747 en minimaal te voldoen aan vlakheidklasse 4 en kwaliteitsklasse Cw16 en Fw4.
• Restvochtpercentages: Cementgebonden ondergrond ≤ 4CM% en gipsgebonden ondergrond ≤ 1CM%

Voorbereidingen

• Cementhuidjes en betonresten verwijderen d.m.v. slijpen en schuren.
• Gladde en dichte ondergronden (zoals die van beton) ruwen door stofvrij kogelstralen.
• Anhydriet vloeren ruwen en eventuele huid verwijderen door stralen of schuren (afhankelijk van de huidtreksterkte).
• Verontreinigde ondergronden behandelen d.m.v. chemisch reinigen.
• Nadien schuren. Vervolgens de vloer altijd stofvrij maken door te stofzuigen met een industriële stofzuiger.
• Zaagsneden en gaatjes vullen met een geschikte plamuur.
• Gaten en scheuren repareren met bijvoorbeeld Arturo EP1500 Reparatiemortel.

Verwerking

• Het materiaal voor gebruik voldoende laten acclimatiseren. Voor de juiste verwerking van de Arturo EP3910 vloercoating eerst de desbetreffende applicatierichtlijn raadplegen.
• Let op: Afhankelijk van de dekkracht van de kleur, en/of staat van de ondergrond, kunnen meerdere lagen noodzakelijk zijn voor een goede dekking van de ondergrond.
• Voor het aanbrengen van Arturo EP3910 Vloercoating eerst een rollaag Arturo EP3900 Vloercoating aanbrengen. Vervolgens als tweede laag de Arturo EP3910 Vloercoating aanbrengen.
• Afhankelijk van de dekkracht van de kleur, en/of staat van de ondergrond, kunnen meerdere lagen noodzakelijk zijn voor een goede dekking van de ondergrond.
• Daarnaast bij lichte kleuren, bijvoorbeeld wit, geel en oranje, is de dekkracht bij toepassing als eindlaag beperkt. Bij deze kleuren adviseren wij de eerste laag in RAL7035 aan te brengen.
• Kleine kleurafwijkingen kunnen nooit vermeden worden. In verband met mogelijk kleurverschil adviseren wij om producten uit dezelfde charges op één vloer te appliceren. Het chargenummer van het product staat vermeld op de verpakking.
• Onder UV- en weersinvloeden zijn epoxy producten niet kleurstabiel.

Verwerkingsvoorwaarden

• Minimale ondergrondtemperatuur: 10 °C en 3 °C boven het dauwpunt.
• Ruimte- en verwerkingstemperatuur: Minimaal: + 15 °C, maximaal: + 30 °C, Optimaal: + 20 °C
• Maximale relatieve luchtvochtigheid (R.L.V.): 80%.
• Let op: de condities gelden zowel bij de verwerking als uitharding van het product.
• Bij opslag onder lagere temperaturen, het materiaal voor gebruik voldoende laten acclimatiseren
• Zorg voor voldoende ventilatie in de ruimte.
• Pas op: het veroorzaken van te veel/sterke luchtstromingen (tocht) kan leiden tot oppervlaktestoringen en glansverschillen.

Opslag / Houdbaarheid

• Uitsluitend opslaan in de oorspronkelijke verpakking op een koele (vorstvrije), droge en goed geventileerde plaats. Beide componenten voor de verwerking minstens 24 uur laten acclimatiseren.